Nieuw in archief |
Artikel overzicht
A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z |
22 maart 2014
Op 21 februari 2014 was er een lesdag op de nieuwe locatie van Klassiek Paardrijden bij Dressuurstal Seren in Vorden.
De deelnemers Thea Fredriks, Saar Hofmann, Annemarie Remmelts, Hilda Weenink deden mee als praktijkdeelnemers en Martine Kerkhof was aanwezig als theoriedeelnemer.
Om 08.00 uur stonden de mooie stallen klaar om de gastpaarden te ontvangen.
Tijdens een lesdag krijgt iedere combinatie twee maal les met zijn paard en wordt er een theoretisch onderwerp behandeld.
Ditmaal was het onderwerp, op verzoek van de deelnemers:
De wending om de voorhand en de wending om de achterhand.
Deze oefeningen zijn uiteraard geen doel op zich, maar geven een goede indruk over:
a. Keertwending om de achterhand of een halve pirouette in stap
De halve pirouette in stap is een halve cirkel op twee hoefslagen, met een straal gelijk aan de lengte van het paard, waarbij de voorhand om de achterhand draait. Bij de halve pirouette worden de voorbenen en het buitenachterbeen om het binnenachterbeen neergezet. Het binnenachterbeen dient als spil en moet telkens opgetild en weer neergezet worden in de eigen voetafdruk, of iets daarvoor.
De kwartwending is een voorbereiding op de keertwending van 180°.
Doel van de oefening:
b. Keertwending om de voorhand (schouderbinnenwaartswending)
Bij een keertwending om de voorhand beweegt het paard vanuit halthouden een halve cirkel naar links of naar rechts om de voorhand, waarbij het binnenvoorbeen als spil dient en derhalve zo veel mogelijk op de plaats blijft.
Deze oefening is niet zo bekend en niet iedereen is even gecharmeerd van deze oefening, omdat het het paard makkelijk op de voorhand brengt in plaats van op de achterbenen.
Doel
c. De renverswending
Tenslotte kennen we in de Klassieke Rijkunst nog de wending in renvers.
Dit is ook een wending om de voorhand, maar hierbij is het paard tegen de bewegingsrichting in gesteld en gebogen. Vergelijk schouderbinnen-waarts.
Deze oefening wordt aangeleerd door vanuit de rechte lijn de wending door te lopen, waarbij met de renvershouding "vasthoudt".
De achterbenen beschrijven hierbij een grotere wending/cirkel dan de voorbenen.
Zodra het paard deze kwartcirkel begrijpt en kan uitvoeren, kan men het paard op een volte vragen in schouderbinnenwaarts.
Door de lengtebuiging nu te wisselen, komt men in renvers.
Doel van de oefening
De praktijklessen waren erg leerzaam en bewustmakend. Bij elke combinatie waren er mooie ontwikkelingen waarneembaar in de balans en coördinatie.